Natuurlijk Kapitaal gebruikt cookies (en andere technieken) en verzamelt daarmee informatie over het gebruik van de website, onder andere om deze te analyseren en te verbeteren.
AccepterenLaatst geupdate: maandag 23 oktober 2023
De meeste bedrijven hebben steeds meer oog voor het klimaat, gelukkig. Maar als je bezig bent met klimaatvriendelijke oplossingen, neem dan ook de biodiversiteit mee. Want pas dan werk je echt integraal en toekomstbestendig. Hoe je dat aanpakt? We laten het zien aan de hand van een voorbeeld uit de voedingswereld.
Geen tijd om dit hele artikel te lezen? Bekijk dan alleen het ‘Waarom klimaat én biodiversiteit’-overzicht onderaan dit stuk!
Klimaatambities
We nemen een willekeurig bedrijf uit de agrifoodsector. In dit geval is dat melkpoederproducent Leche uit Alkmaar. Leche wil en moet werken aan een beter klimaat en hanteert daarom een zero-emissie strategie. Voor het eigen bedrijf, maar ook voor alle toeleveranciers. Een uitstekende stap voor het klimaat.
Klimaataanpak
Een van die toeleveranciers van Leche is de veehouderij van de familie Steenhoven in Bennebroek. De Leche-inkopers werken al jaren samen met de familie, op dezelfde manier en altijd naar tevredenheid. De familie wil zich ook wel inzetten voor een beter klimaat. Dat is niet eenvoudig want als je veel koeien hebt en veel land, gaat het om ingewikkelde vraagstukken. Deze uitdagingen gaat de familie Steenhoven met technische oplossingen te lijf.
Technische oplossingen
Net als veel andere bedrijven, denken Leche en de familie Steenhoven bij het terugdringen van emissies in eerste instantie aan (betere) luchtwassers, voeradditieven en gescheiden mestopvang. Vanuit klimaatperspectief niet zo’n gek idee. Maar brengt het ze verder? En kunnen agrariërs hiermee op lange termijn uit de voeten? Helaas niet. Technische oplossingen bieden niet de stabiliteit en zekerheid die de sector verdient.
Toekomstperspectief voor agrariërs
Los van het feit dat opnieuw materiële investeringen worden gevraagd van de melkveehouder, biedt de tunnelfocus op technische maatregelen niet het gewenste toekomstperspectief voor agrariërs. Alleen sturen op klimaat en ‘man-made’ technieken, levert vooral meer machines op. En dus meer schulden bij boeren. Omdat zo bovendien buiten geen emissies zijn af te vangen, is het denkbaar dat er op langere termijn geen dier meer buiten loopt.
Natuurinclusieve oplossingen: beter voor emissie, beter voor de natuur
Wat is dan wel de weg vooruit? Opvallend genoeg is dat: terug naar de basis. Van technische maatregelen naar natuurlijke oplossingen. Laten we weer gaan samenwerken met de natuur. Laat de natuur het werk doen in plaats van een wonderpil of een luchtwasser. Dan vang je namelijk emissies af én investeer je tegelijkertijd in biodiversiteit.
Biodiversiteit
Biodiversiteit? Ja. Want op dit moment halen stikstof en klimaat de agenda’s, maar biodiversiteit is het volgende mondiale vraagstuk dat staat te trappelen. Het tempo waarmee we het leven op onze planeet verwoesten is moordend hoog. En dat wordt voor 60 procent veroorzaakt door de manier waarop we wereldwijd ons voedsel organiseren. Met het verlies van biodiversiteit holt ook onze eigen voedselzekerheid uit.
Gecombineerde aanpak
Als we meer met de natuur samenwerken, is dat beter voor de natuur en beter voor de mens. Als we het klimaatvraagstuk en biodiversiteit samen aanpakken, bespaart ons dat geld en onzekerheid. Laten we voorkomen dat we met alle goede klimaatbedoelingen over een paar jaar weer terug moeten naar de tekentafel.
Het mooie is, dat het ook echt mogelijk is.
Investeren in de bodem, kruidenrijk grasland en bomen en voederhagen
Hoe? Door natuurlijke landbouw als het nieuwe normaal te beschouwen. Hiermee remmen we klimaatverandering, herstellen we de watercyclus en ecosystemen en vergroten we de voedingswaarde. Dat doen we door bodemleven centraal te stellen en af te stappen van kunstmest en pesticiden. We doen het door te investeren in kruidenrijke graslanden, een permanente opvangplek voor koolstof.
We doen het ook door bomen en voederhagen te planten in de weilanden. We zouden het bijna vergeten, maar een koe is van nature gewend om blaadjes te eten. Met de voederhagen kan de koe zich voeden en nog steeds genoeg melk voor de melkpoeder leveren. De hagen en bomen zijn goed voor de biodiversiteit; in de voederhagen krioelt het van de beestje en insecten. Je verfraait er bovendien het landschap mee. Bomen wortelen en versterken de bodem én ze vangen koolstof op.
Natuurinclusieve uitdagingen
Natuurinclusief werken is mogelijk, maar niet altijd gemakkelijk. Waar je op de ene plek in Nederland vrijuit bomen mag aanplanten, is dat in andere delen veel lastiger. Daar zitten bestemmingsplannen en/of ruimtelijke ordening het aanplanten van bomen en voederhagen in de weg en kunnen vergunningsaanvragen langdurig en demotiverend zijn.
Altijd zo gedaan
Leche was gewend om op een bepaalde manier te werken en met bepaalde bedrijven, zoals de familie Steenhoven. En die zijn op hun beurt ook weer gewend aan een bepaalde manier van zakendoen. Omdat iedereen het al jaren zo doet. Terwijl het niet de meest duurzame en toekomstige manier is. De familie Steenhoven was nog niet toe aan een andere manier van werken. Daarom kijkt Leche nu ook naar andere potentiële partners, onder meer regeneratieve boerderijen en agroforestry-specialisten.
Boeren hebben honderdduizenden jaren met de natuur samengewerkt maar de twee zijn steeds verder van elkaar verwijderd geraakt. Laten we die samenwerking tussen de agrifoodsector en de natuur weer prioriteit maken. Het is nog niet te laat. Als je klimaat top of mind kunt maken, kun je dat ook doen met biodiversiteit.
1. Lijkt minder ingewikkeld
2. Kan met technische oplossingen
3. Geen vergunning nodig voor het planten van bomen en bossages
1. Langetermijnoplossing, dus efficiënter
2. Betere biodiversiteit zorgt voor sterkere agrifoodsector
3. Goed voor planten en dieren
4. Verfraait het landschap
5. Echt mét de natuur werken
6. Minder afhankelijk van (dure) kunstmest en pesticiden