PwC geeft onzichtbare duwtjes in de groene richting

Rob Klinkert is als portfoliomanager bij PwC nauw betrokken bij, wat hij noemt, ‘de reis naar plantaardige eiwitten’. Zijn doel sinds 2022: een nieuwe balans vinden. “In 2019 boden wij 70% dierlijke eiwitten aan en 30% plantaardige. Het doel was om die percentages binnen drie jaar om te draaien.” Op zich is dat een haalbaar doel, denkt hij. “Je kunt er gewoon rekening mee houden bij het inkopen.” De uitdaging zit ‘m juist ergens anders in. En dat is volgens Rob: je collega’s hierin meenemen.

Daarom werd ISS Facility Services ingevlogen in de persoon van duurzaamheidsmanager Christel Simmelink. Aan haar de taak om samen met PwC het personeel te bewegen om een duurzamere keuze te maken. Christel: “Inmiddels is het aanbod in de bedrijfsrestaurants van PwC voor 60% plantaardig. Tegelijkertijd merken we dat de opties met dierlijke eiwitten momenteel vaker gekozen worden.”

Flexitariërs en vleeseters

En daarom werd een persona-onderzoek gestart om erachter te komen hoe de gemiddelde PwC’er tegenover plantaardig eten en drinken staat. Christel: “De meeste PwC’ers zitten tussen flexitariër en vleeseter in. Deze persona’s spreek je op een verschillende manier aan. De mensen die deels of helemaal vegetarisch eten, kun je makkelijk meenemen in ons verhaal. Vleeseters verleid je op een andere manier, met een vleesvervanger bijvoorbeeld.”

Om beide groepen te bereiken, besloten ISS en PwC om in te zetten op nudging, een positieve motivatietechniek die mensen subtiel stimuleert om gedrag op een gewenste wijze aan te passen. Hoe gaat dat bij PwC in zijn werk? Christel: “In het bedrijfsrestaurant zetten we bijvoorbeeld een plantaardig gerecht bovenaan op het dagelijkse menu. We omschrijven wat het is zonder dat we er groot ‘vegan’ bijzetten. Ook met fotografie kun je spelen. Bijvoorbeeld door het plaatje met vlees erop minder aantrekkelijk te maken dan de plantaardige keuze.”

Havermelkpoeder = de standaard

Bij de koffieautomaten probeerde PwC iets anders. In plaats van koemelkpoeder werd havermelkpoeder toegevoegd. Hoe zou het personeel daarop reageren? Christel: “ Bij de koffiemachine werd via bordjes gecommuniceerd dat havermelk, met die nootachtige smaak, goed past in een kopje koffie. En we gaven meer informatie over de CO2-impact van de keuze. Hier werd positief op gereageerd. Medewerkers gaven aan zich nu meer bewust te zijn van de impact van hun keuze en open te staan om eens iets anders te proberen. We zijn van plan om dit stapsgewijs op meerdere etages toe te passen."

Het was niet voor niks dat naast de automaat een bordje stond met de uitleg over de keuze voor havermelk. Christel: “Naast nudgen is voorlichting ook van belang; vertellen waarom het voor PwC belangrijk is om een duurzamere keuze te maken.” Rob vult aan: “Er wordt vaak op een negatieve manier over het klimaat gecommuniceerd. Het is van belang dat de communicatie hierover niet paternalistisch is. Je moet ervoor zorgen dat mensen worden meegenomen.”

Niet in alle gevallen hoef je grondig te communiceren. Vanuit de catering werden ook een aantal veranderingen doorgevoerd, zónder dat ze gedeeld werden met het personeel. Christel: “Als onderdeel van de eiwittransitie, zijn we minder vlees in bepaalde gerechten gaan doen. We zijn van 150 gram vlees, naar 100 gram gegaan. Ook zijn we van rund naar kip overgestapt. Dat hebben we verder niet gecommuniceerd. Mensen merken dat ook niet.” Rob: “ Zo maak je impact op een vrij makkelijke manier.”

De chef-koks kunnen volgens Rob ook een bijdrage leveren aan een duurzamer aanbod. “Door bijvoorbeeld voor de lunch rond te lopen met een plateau met ‘samples’. Dan hoef je niet te zeggen: dit is een veganistisch hapje, maar wel: wil je misschien alvast de lunch-special van vandaag proberen? Daarna kan het gesprek op gang komen en kiezen ze wellicht die dag of een volgende keer het plantaardige lunchgerecht. Dat is een goede manier om routines te doorbreken.”

Met de groothandel om de tafel

Om verandering binnen een grote organisatie als PwC te bewerkstelligen is het van belang om ook met de groothandel om de tafel te gaan. Rob: “Dat gaan we binnenkort doen, samen met inkopers en directeuren van ISS.”
Via het Collectief Eten en Drinken zijn daar ook andere inkopers bij. Daarnaast bezoeken ze boerderij Schevichoven om te kijken en proeven hoe natuurlijk eten en drinken eruitziet. Ze leren onder andere over regeneratief boeren en meerjarige teelt. Rob: “Als Nederland de stap naar natuurlijk eten zet, kunnen we samen echt serieuze impact maken.”

Christel: “Uiteindelijk is het veel effectiever om niet alleen met de groothandel om de tafel te gaan, maar met nog tien andere inkopers samen.” Rob en Christel zien het netwerk dan ook als grootste voordeel van het collectief. Christel: “Via andere deelnemers krijg je ook weer meer kennis over de eiwittransitie.”

Broodje Utrecht

Waarom is natuurinclusief eten en drinken dé stap voorwaarts? Cristel: “Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat natuurinclusief eten en drinken voedzamer is doordat het meer mineralen en vitamines bevat. Met natuurlijke landbouw, zonder kunstmest en zonder pesticiden, kan de bodem weer rijk worden.”

En waar moeten inkopers die nog niet bezig zijn met duurzamer eten en drinken beginnen? Christel: “Bij kleine stappen. Net als wij. Je kunt prima meeliften met bestaande initiatieven. Bijvoorbeeld met het Broodje Utrecht.”